Landschaps­ontwerp

Duurzaam en natuurinclusief voor de hele wijk

“De kracht van deze wijk is de aandacht voor de natuur die overal terugkomt” vertelt Harro Wieringa, landschapsarchitect bij Witteveen+Bos. “Soms worden maatregelen voor natuurinclusiviteit pas later toegevoegd. Dat is zonde want dan kun je niet altijd meer het gewenste resultaat behalen. In Polderwijk hebben we al vanaf een heel vroeg stadium kunnen meedenken over duurzaamheid en natuurinclusiviteit, waardoor alle maatregelen goed op elkaar zijn afgestemd.”

Harro Wieringa, Landschapsarchitect

De 5 V's van de ecologie

Groen en steen vullen elkaar goed aan in Polderwijk. Hier is een evenwichtige habitat ontworpen vanuit de 5 v’s van de ecologie, namelijk Voortplanting, Veiligheid, Voedsel, Verbinding en Variatie.

Het groen in de wijk is geselecteerd met de behoeften van verschillende doelsoorten in gedachten. Planten, stuiken en bomen voorzien in nectar, bessen en noten, bieden beschutting en vormen een doorgaande route naar andere gebieden toe. Ook in de afscheidingen tussen woningen is hier rekening mee gehouden. Denk aan schuttingen met voldoende ruimte in het maaswerk om kleine zoogdieren door te laten, muurtjes die warmte vasthouden en een nestelplek bieden voor insecten. Ook in de gevels van de woningen is de verbinding gezocht met de natuur. Hier wordt nestgelegenheid ingebouwd voor diverse kleine vogelsoorten zoals de huismus en de zwarte roodstaart. Ook worden hier vlinder- en bijenstenen aangebracht.

“Heel bijzonder zijn daarnaast de grote zwaluwmuur aan de westzijde en de twee uilenkasten aan de oostzijde van het plan. We verwachten dat de zwaluwmuur een koloniebroedplaats zal worden van zeker 50 zwaluwen en we hopen dat er jaarlijks een uilenpaar een nest zal maken in een van de kasten.” zegt Harro enthousiast.

Iedereen een eigen territorium

Grofweg deelt Harro de wijk op in drie delen, ieder met eigen kenmerken en doelsoorten om aan te trekken. Zo is de oostzijde bijvoorbeeld heel aantrekkelijk voor de egel en de uil. Deze roofdieren scharrelen rond in de tuinen en vliegen over het naastgelegen open veld, waar zij jagen op slakken, muizen en ratten. Aan de westzijde wordt ook volop gejaagd, dit keer door zwaluwen en vleermuizen. “Het bijzondere aan deze dieren is dat zij wel 10.000 insecten per dag eten, waarmee ook in gebieden met veel water een muggenplaag bijvoorbeeld voorkomen kan worden.” vertelt Harro. “Door over dit soort dingen na te denken, trekken we een variatie van vogels, insecten en zoogdieren aan die zorgen voor een comfortabele leefomgeving voor mens en dier.”

Het middengebied kenmerkt zich door een overvloedige bloei van verschillende kruidenmengsels, struiken en bomen. “In de selectie van soorten hebben we rekening gehouden met een zo lang mogelijke bloeiperiode” vertelt Harro. “Naast inheemse soorten hebben we ook diverse exoten toegevoegd en door te kijken naar de voedingsbehoefte van insecten hebben we de periode waarin zij nectar vinden kunnen verlengen van 7 maanden naar 9 maanden per jaar.”

Ook als bewoner kun je bijdragen aan het leefgebied van verschillende soorten. “Door in de tuin na te denken over de beplanting, kun je in het middengebied bijvoorbeeld extra vlinders aantrekken met een insectenhotel in een uitbundige bloementuin of aan de oostzijde juist bessenstruiken plaatsen als voeding voor egels. Misschien heb je daar straks zelfs een uilenpaar in de tuin.” zegt Harro.